Onthaalouders verdienen een pensioen voor elk jaar dat ze gewerkt hebben. Wie voor 2003 werkte, heeft voor deze jaren geen pensioenrechten opgebouwd. Dat is onaanvaardbaar. Het dossier sleept helaas al een hele tijd aan. Recent heb ik mijn voorstelvoor rechtvaardige pensioenen voor onthaalouders opnieuw op de agenda geplaatst. De adviezen aan de sector zijn gevraagd. Na de zomer is het tijd voor de volgende stap.
Kinderopvang heeft een belangrijke maatschappelijke waarde. Het staat ouders toe het gezin met arbeid te combineren en deel te nemen aan de arbeidsmarkt, werk te zoeken of een opleiding te volgen. Verder draagt kinderopvang bij aan de emotionele, motorische en cognitieve vaardigheden van kinderen, het stimuleert ook de fysische en psychische ontwikkeling. Elke vorm van kinderopvang verdient ondersteuning…. Ook onthaalouders.
Op 1 april 2003 werd het sui generisstatuut voor onthaalouders die aangesloten zijn bij een erkende dienst van onthaalouders in het leven geroepen. Het is vanaf de invoering van het statuut in 2003 dat onthaalouders voor het eerst sociaal zekerheidsrechten opbouwden op basis van een fictief loon en kregen dan ook bescherming vanuit de sociale zekerheid zoals ziekte- en invaliditeitsverzekering, pensioenregeling, een beperkte vorm van werkloosheidsregeling, kinderbijslagregeling… Intussen lopen er ook pilootprojecten waarbij onthaalouders een volwaardig loon krijgen en dat in de toekomst wordt uitgebreid.
Onthaalouders die vaak 45 jaar of langer gewerkt hebben en nu met pensioen gaan, krijgen een koude douche. Omdat hun gewerkte jaren voor 2003 niet meetellen, komen ze vandaag maar aan maximaal 19 gewerkte jaren die meetellen voor hun pensioen. Soms minder als ze al eerder met pensioen gingen. Hoewel ze heel veel jaren dag in dag uit zich hebben ingezet en gezorgd hebben voor de kinderen zodat de ouders konden gaan werken, krijgen ze vandaag een bijzonder laag pensioenbedrag. Ze voldoen ook niet aan de loopbaanvoorwaarden om toegang te krijgen tot het minimumpensioen (loopbaan van minstens 30j) en worden vaak verplicht om langer werken om op termijn toch maar een leefbaar pensioen te krijgen. Dit is echter niet voor iedereen fysiek mogelijk, zeker niet voor wie al 40/45 jaar werkte als onthaalouder. Ze kunnen onmogelijk rondkomen met hun pensioenbedrag en komen in armoede terecht. Het zijn voornamelijk vrouwen die in deze situatie terechtkomen. Hierbij komt nog eens dat zij in globo al geconfronteerd worden met het bestaan van een (gender)pensioenkloof en grotere kans hebben op armoede en sociale kwetsbaarheid.
Wij zijn van mening dat onthaalouders een bijzonder vorm van zorgarbeid leveren die maatschappelijke waardering verdient, ook in de periodes zonder bijzondere sociale bescherming. Daarom zetten we opnieuw een wetsvoorstel op de agenda om ervoor te zorgen dat de perioden van activiteit als aangesloten onthaalouder bij een Dienst voor Onthaalouders die voor 1 april 2003 gepresteerd werden, in aanmerking worden genomen als gelijkgestelde periode voor de pensioenopbouw.
Na de zomer komt dit dossier opnieuw op de agenda in het parlement.