05-02-2015
Einde december was er in de kranten en op televisie heel wat te doen rond de terugkomst van Navid Sharifi, de uitgewezen Afghaanse jongeman. Door een visum gezinshereniging kon hij terugkeren naar ons land. De repatriëringskosten van zijn eerdere verwijdering zouden teruggevorderd worden. Dit gebeurt echter niet altijd en kan hoe dan ook niet verplicht worden.
Staatssecretaris Francken antwoordde in de Commissie Binnenlandse Zaken dat er enkel een terugvordering is van de kosten wanneer de betrokkene een nieuwe visumaanvraag indient. Wanneer men terugvordert en de modaliteiten ervan zijn voor vreemdelingen niet altijd even duidelijk. Er zijn zelfs een tijd geen terugvorderingen gebeurd. De laatste jaren daalde het totale bedrag van de teruggevorderde repatriëringskosten onder andere door besparingen bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Het terugvorderen van deze kosten vraagt zeer veel werk van de ambtenaren. Gezien de uitdagingen bij DVZ zal de regering onderzoeken of al het werk dit waard is en of de terugvordering efficiënter kan georganiseerd worden.
Aangezien het vandaag nog niet duidelijk is voor de vreemdeling zelf wanneer een terugvordering plaats vindt, dring ik er bij de Staatssecretaris op aan om eveneens te werken aan dudielijke richtlijnen.
