Meer oog voor de lokale opvang

21-01-2014

21-01-2014

Bij de opvang van asielzoekers kan men opteren voor collectieve opvangcentra of veel kleinschaligere lokale opvanginitiatieven. Initiatieven die er niet alleen voor hebben gezorgd dat we vandaag geen opvangcrisis meer hebben, maar ook in vele gevallen beter is voor de integratie van de asielzoeker en goedkoper voor de belastingbetaler. In tijden van dalende nood aan opvang heb ik via een resolutie de regering dan ook gevraagd om bij de afbouw van het aantal opvangplaatsen zeker te zorgen dat er ook in de toekomst een mix is van beide vormen van opvang.

Mensen die in ons land een asielaanvraag indienen hebben gedurende de volledige periode van de behandeling van die asielaanvraag recht op materiële hulp. Deze materiële hulp bestaat uit huisvesting, voedsel, kleding, medische maatschappelijke en psychologische begeleiding en de toekenning van een dagvergoeding. Om haar verplichtingen bij de opvang van asielzoekers vorm te geven doet de overheid naast de eigen federale collectieve opvangcentra ook beroep op een aantal opvangpartners. Dit zijn publiekrechterlijke of privaatrechterlijke rechtspersonen die door en op kosten van het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers (FEDASIL) worden belast met het verlenen van materiële hulp aan de begunstigde van de opvang. De opvangpartners zijn in eerste plaats de lokale OCMW-besturen die lokale opvanginitiatieven ter beschikking stellen van het opvangnetwerk. Daarnaast zijn er er ook de opvangplaatsen van het Rode Kruis, Vluchtelingenwerk Vlaanderen/CIRE en tot slot ook andere initiatieven zoals Caritas.

In de praktijg wordt de asielzoeker in eerste instantie opgevangen in één van de federale centra. Indien de asielprocedure nog niet volledig werd afgerond, kan de asielzoker worden doorverwezen naar de individuele opvang in één van de opvanginitiatieven van de partners. Een doorverwijzing die zowel de belastingsbetaler als de asielzoeker ten goede komt. De opvang in zo'n lokaal opvanginitiatief is veelal goedkoper dan in de grotere collectieve opvangcentra. Een verschil dat kan oplopen tot 10 euro per asielzoeker per dag. Ook de asielzoeker ervaart deze lokale initiatieven vaak als beter. Doordat er geen sprake is van concentratie is het veel gemakkelijker voor de asielzoeker om te integreren en contact te leggen met de lokale gemeenschap.

De lokale opvanginitiatieven hebben ons in het verleden een grote dienst bewezen. Ze waren niet enkel goedkoper, maar hebben er ook voor gezorgd dat we nu geen opvangcrisis meer kennen. Een daling van het aantal asielaanvragen en sneller verwerking ervan heeft er echter ook voor gezorgd dat er opvangplaatsen worden afgebouwd. Met het nut van deze vorm van opvang in het achterhoofd heb ik het volgende dan ook via resolutie aan de regering gevraagd.

  1. In het afbouwscenario van de opvanginitiatieven voor asielzoekers rekening houden met het behoud van een optimale mix in de verschillende opvangvormen waarbij een belangrijk deel moet voorbehouden blijven voor de individuele opvang.
  2. De mogelijkheden te onderzoeken om in de asielprocedure voor bepaalde kwetsbare groepen sneller over te gaan tot individuele opvang. Het gaat in het bijzonder om mensen met bijzondere noden zoals zwangere alleenstaande vrouwen, niet-begeleide minderjarigen en ouderen of asieldossiers waarbij snel kan worden overgegaan tot een positieve beslissing
  3. de afbouw van het opvangnetwerk voor te bereiden in nauw contat met de partners zodat ook deze organisaties de nodige voorbereidingen kunnen treffen. Ook de sluiting van collectieve centra te laten verlopen in nauw overleg met het personeel en de lokale besturen.
  4. Proefprojecten op te zetten in de individuele opvang waarbij opvangplaatsen worden omgezet in terugkeerplaatsen. Dit gebeurt op vrijwillige basis en er wordt samengewerkt met DVZ.