Sinds april 2017 gelden er nieuwe regels voor het tijdskrediet. Om tijdskrediet te kunnen aanvragen moet je ofwel een motief (voor zorg of opleiding) hebben of op het einde van je loopbaan (landingsbanen) zijn. De maximale termijn waarvoor je tijdskrediet kan opnemen op basis van zorg breidde ook uit tot 51 maanden. Ik vroeg bij Minister Dermagne de meest recente cijfers op om inzicht te krijgen in het gebruik van tijdskrediet.

In 2019 maakten 38 754 personen gebruik van tijdskrediet op basis van zorg of opleiding. De overgrote meerderheid van deze personen nam het tijdskrediet flexibel op in de vorm van 1/5 (29 075 personen) of haltijds (5475 personen). De opvoeding van een kind jonger dan 8 jaar en de zorg voor een zwaar ziek familie- of gezinslid waren de meest voorkomende redenen voor het opnemen van tijdskrediet. 

Zo'n 5 875 personen hebben hun recht op tijdskrediet op basis van zorg volledig uitgeput. Dit wil zeggen dat deze mensen de maximale 51 maanden tijdskrediet hebben opgenomen om voor anderen te zorgen. Bijna alle personen die hun tijdskrediet volledig opgebruikt hebben deden dit om onder meer voor hun kind jonger dan 8 jaar te zorgen (5 322 personen). Mensen die hun tijdskrediet nog niet volledig opnamen, houden gemiddeld zo'n 30 maanden over. 

Samen met mijn collega Els Van Hoof deed ik al voorstellen om de leeftijdsgrens van het kind op te trekken waarvoor ouders gemotiveerd tijdskrediet kunnen aanvragen. Kinderen hebben immers tijdens de ganse minderjarigheid belang bij de aanwezigheid van hun ouders. Uit de cijfers blijkt nu ook dat veel ouders hier baat bij zouden hebben. Lees hier meer over onze voorstellen.

24-11-2020