De arbeidsdeal zet een belangrijke stap naar werkbaar werk en een flexibele arbeidsmarkt. Toch is het een gemiste kans om mensen met een beperking eindelijk volwaardig te integreren in de arbeidsmarkt. Dat kan de regering volgens haar helpen om de arbeidskrapte aan te pakken. Wie wil werken, moet dat kunnen, zonder te moeten vrezen voor verlies van uitkering bij werkloosheid nadien. Ik schreef hierover een opiniestuk voor De Wereld Morgen.

 

De overheid en sociale partners zetten alle zeilen bij om de storm op de arbeidsmarkt het hoofd te bieden. Vanaf volgende maand krijgen studenten, asielzoekers, gepensioneerden en werklozen allen uitzonderlijk veel mogelijkheden om zonder hindernissen bij te klussen. Maatregelen rond flexibilisering van de werknemers die tot voor kort taboe waren, worden nu volop ingezet, onder het motto ‘alle hens aan dek’. De recente arbeidsdeal maakt avondarbeid in de e-commercesector flexibeler en creëert een statuut voor werknemers in de platformeconomie.

Toch moet de overheid verder durven te kijken. De omikronvariant heeft het probleem urgenter gemaakt, maar de oorzaken van de krapte, zoals de vergrijzing, zijn structureel en langdurig van aard. Bovendien blijft een grote ‘vergeten’ groep achter op de arbeidsmarkt, zoals kortgeschoolden, of mensen met een migratieachtergrond.

Ook mensen met een beperking vallen uit de boot. Zij hebben unieke talenten en kwaliteiten met een grote meerwaarde op de werkvloer. Helaas worden ze vaak geconfronteerd met vooroordelen, onwetendheid en praktische barrières. Veel te snel worden ze in de hoek van de uitkeringen geduwd. Dat ontneemt hun niet alleen kansen om te werken, maar ook om banden op te bouwen met collega’s, zich te ontplooien en als een gelijkwaardig persoon te participeren in onze samenleving.

Het beleid op dit vlak staat niet stil. Vlaams minister Hilde Crevits voerde recent loon- en begeleidingspremies in. Werkgevers kunnen deze aanvragen wanneer ze personen met een handicap in dienst nemen.

De Vivaldi-regering pakt dan weer de ‘prijs van de arbeid’ aan. Personen met een handicap zullen binnenkort niet langer financieel afgestraft worden als zij aan de slag gaan. Nu dreigt voor hen het verlies van hun integratietegemoetkoming en sociale voordelen, zoals een verhoogde tussenkomst in de gezondheidszorg. Daardoor hebben velen van hen geen andere keuze dan minder te werken, verlof zonder wedde te nemen of helemaal te stoppen met werken om hun handicapkosten te kunnen betalen. De regering heeft zich voorgenomen om dit perverse effect te milderen.

Toch moeten we nog bijkomende hordes nemen voor een inclusief arbeidsmarktbeleid,. Vandaag blijft het systeem van tegemoetkomingen een gouden kooi voor vele personen met een handicap. Ze aarzelen om de stap naar de arbeidsmarkt te zetten, uit vrees om een opvangnet te missen. Als ze door een tegenslag moeten stoppen met werken, verliezen ze immers een aanzienlijk deel van hun tegemoetkoming.

Concrete oplossingen zijn nodig om de stap naar de arbeidsmarkt te faciliteren. Een mogelijke oplossing is een proefproject, met degelijke begeleiding waaraan personen met handicap kunnen deelnemen. Daarbij moeten ze niet langer vrezen hun uitkering te verliezen. Die blijft immers behouden als ze toch – om welke reden dan ook – stoppen met werken. De ervaring die we hier zullen opdoen, kan daarna de basis zijn voor een inclusiever arbeidsmarktbeleid waar velen baat bij hebben. Ik nam daarom afgelopen zomer het initiatief om hierover een wetsvoorstel in te dienen.

Hoewel de regering hierover intussen een akkoord bereikte, blijft het wachten op de concrete uitwerking van het proefproject. De acute krapte op de arbeidsmarkt wacht echter niet.  Ik roep de regering op niet langer te talmen en de aanzet te geven voor dit proefproject. Zorg voor echte tewerkstellingskansen voor personen met een handicap. Zo kunnen we echt zeggen “àlle hens aan dek”!