01-03-2021 - In De Zevende Dag ging ik in gesprek met Hannelore Bedert die als jonge moeder haar man Stijn verloor. We praatten over rouwverlof, overgangsuitkeringen voor weduwen en weduwnaars, het Groeipakket en de toegang tot informatie.

Bij het verlies van een kind of partner komen er heel wat administratieve lasten op je af. Als rouwende weet je vaak niet waar je terecht kan of krijg je zeer onduidelijke informatie. De eerste dagen na het overlijden loop je van de ene naar de andere dienst om alle papieren in orde te maken en de begrafenis te regelen. Tijd om bij je verdriet stil te staan, is er amper. Daarnaast kunnen jonge mama’s of papa's die plots hun partner verliezen, meer financiële ondersteuning gebruiken. Dit was ook de ervaring van Hannelore Bedert.

De oproep van Hannelore Bedert om hier dringend iets aan te veranderen is terecht. Het verlies van een partner of kind is een zeer ingrijpend. Deze mensen gaan door één van de zwaarste periodes van hun leven. De overheid moet hen hierin zo goed mogelijk bijstaan.

In De Zevende Dag pleitte ik voor vier hervormingen:

Het rouwverlof moet worden uitgebreid. Drie dagen rouwverlof na het overlijden van een partner of kind is echt onvoldoende. Het is amper genoeg om de praktische zaken van de begrafenis te regelen. Het eigenlijke rouwproces begint pas nadien. Daarom willen wij het rouwverlof uitbreiden naar minstens 10 dagen. We zijn voor een verder uitbreiding naar 20 dagen bij verlies van een kind zoals Kom Op Tegen Kanker voorstelt.

Er moet één centraal infopunt komen waar mensen die een partner of kind verliezen terecht kunnen voor steun en informatie. Er is wel heel veel beschikbare informatie en een ruim aanbod aan hulpverlening maar de weg ernaartoe vinden is vaak zeer moeilijk. Het voorstel van Hannelore Bedert om op 1 plaats alle beschikbare info te bundelen, daar sta ik zeker achter. Niemand wil dagenlang googelen om zijn weg te vinden. Op 1 plaats moet alle beschikbare info beschikbaar zijn. Er moet zowel een digitaal als fysiek infopunt komen zodat iedereen de nodige ondersteuning kan krijgen.

De overgangsuitkering voor weduwen en weduwnaars moet hervormd en verlengd worden. Na een overlijden, moet de achtergebleven partner voldoende financieel beschermd worden. Van de ene op de andere dag valt immers een tweede inkomen weg. Daarom hebben we reeds in het Regeerakkoord opgenomen dat de overgangsuitkering moet hervormd worden. We willen de overgangsuitkering van 24 naar 36 maanden verlengen. Voor oudere partners, die een overlevingspensioen krijgen zonder beperking in tijd, willen we dat dit beter cumuleerbaar is met een inkomen uit werk. We willen de bedragen van wat je mag verdienen optrekken zodat mensen niet stoppen met werken of minder gaan werken uit vrees teveel van hun overlevingspensioen te verliezen.

Deze overgangsuitkering leidt er soms toe dat je het jaar nadat je je uitkering krijgt, toch nog een deel van deze uitkering verliest omdat je in een hogere inkomensschaal terecht komt en dus meer belastingen moet betalen. Nu al kan je ervoor kiezen om zelf al die belastingen te betalen als je vreest dat je in een hogere schaal terecht zou komen. Dat kan dan per trimester maar veel mensen zijn hier niet van op de hoogte. We moeten deze mogelijkheid beter bekendmaken zodra iemand een uitkering krijgt. Ook kunnen we onderzoeken of we niet voor iedereen automatisch meer kunnen inhouden van in het begin zodat ze het jaar erop niet teveel moeten bijbetalen.

Bekijk hier het volledige gesprek.