Doel: een beter statuut voor huisbedienden

16-06-2011

16-06-2011

Ik heb vandaag een wetsvoorstel ingediend om het statuut van de huisbediende en dienstbode te harmoniseren. Een harmonisatie die noodzakelijk is om de arbeidsomstandigheden van deze huisbediende drastisch te verbeteren. Het is een probleem dat grotere proporties aanneemt dan meestal gedacht.

Dit wetsvoorstel komt op een zeer gelegen moment. Vandaag is er bijvoorbeeld op  de Internationale Arbeidsconferentie  in Génève de nieuwe Conventie op Huispersoneel aan met 396 stemmen voor, 16 tegen en 63 onthoudingen. Een internationale resolutie waar ik zeer blij mee ben. Het is een duidelijk signaal van de internationale gemeenschap dat uitbuiting niet kan.

Miljoenen huismeiden, kinderoppassen en koks staan nu een stap dichter om in de toekomst dezelfde arbeidsvoorwaarden te genieten als andere arbeiders. Onder de nieuwe conventie moeten landen er immers op toezien dat ook zogenaamde ‘domestic workers’ regelmatige werkuren krijgen samen met verlofdagen, moederschapsverlof en sociale zekerheid. In vele landen van het Zuiden vormt huishoudpersoneel een zeer belangrijk deel van de (informele) economie en is het inkomen uit werk als huispersoneel vaak de enige bron van inkomsten voor hele families. Het belang van deze conventie op termijn mag dus niet onderschat worden, en verklaart waarom ACW en Wereldsolidariteit hier zo op hebben ingezet de afgelopen jaren.

Deze problematiek ligt de CD&V nauw aan het hart – niet in het minst door het baanbrekend werk dat Zuster Jeanne Devos hier de afgelopen jaren rond heeft verricht in India. Haar werk toont immers trouwens dat de problematiek van huishoudpersoneel rechtstreeks gelieerd is aan ontwikkeling, waardig werk, vrouwenrechten en de strijd tegen armoede.

Hieronder kan u de rechten vinden van een huisbediende onder de oude wetgeving, je zal al snel merken waarom ik dit wetsvoorstel heb ingediend. Het statuut is zwak, zeer zwak en diegene dat met dit statuut werken behoren ook meestal tot de zwakkeren in de samenleving.

(1) Een formeel contract wordt aangeraden in de wetgeving maar is niet verplicht. De enige verplichting hierbij is dat de werkgever verplicht is te betalen voor je prestaties.

(2) Het minimumloon van de huisbedienden ligt op ongeveer 1000 EUR per maand. Een bedrag dat soms nog lager kan uitvallen omdat uitbetaling in natura in mindering mag worden gebracht. Deze mindering is gelukkig in onze wetgeving geplafonneerd tot:

- minstens 50% van uw loon als u voeding en huisvesting krijgt;

- minstens 60% als u wordt gehuisvest;

- minstens 80% in de andere gevallen.

(3) Betreffende gezondheidszorg ben je wel beschermd door het Belgische systeem van sociale zekerheid maar als je niet meer dan 4u/week (wit) werkt bij dezelfde persoon en niet meer dan 24u/week is de werkgever niet verplicht om sociale bijdragen te betalen. Gelukkig verplicht de wetgever momenteel wel al dat er een verzekering voor arbeidsongevallen kan worden afgesloten.

Verder zijn deze personen ook vaak gemakkelijke slachtoffers voor uitbuiting. Vele van hen hebben de constante angst uitgewezen te worden omdat ze geen verblijfsvergunning hebben. Daardoor maken ze dan ook vaak geen gebruik van diensten die hun rechten verdedigen zoals bijvoorbeeld de diensten van het Toezicht op de Sociale Wetten of de adocaten van de Dienst juridische Bijstand:

  • Deze dienst kan ter plaatse komen vaststellen dat uw werkgever de arbeidsduur niet respecteert, dat hij de juiste documenten niet heeft ingevuld of dat hij u niet heeft aangegeven bij de sociale zekerheid. Het Toezicht op de Sociale Wetten kan uw werkgever vragen zijn situatie in orde te brengen of hem laten vervolgen door de rechtbank (zie ‘Adressen’). Deze dienst houdt zich echter niet bezig met de geldigheid van uw verblijfsvergunning.
  • Naast deze dienst kunnen de advocaten van de Dienst Juridische Bijstand ook een helpende hand bieden . Zij kunnen een eerste gratis advies verstrekken en de persoon bijstaan in de rechtspraak.