In januari stelde CD&V haar pensioenplan voor. We gingen de boer op in Leuven, gingen er in gesprek met mensen en lanceerden een nieuwe website: hetpensioenplan.be.

Het plan bevat heel wat voorstellen die de pensioenen rechtvaardig, flexibel en betaalbaar willen houden. Heel wat pensioenspecialisten en economisten schoven sindsdien ideeën uit ons plan naar voren. CD&V zet dus de toon in het pensioendebat met een doordacht en omvattend plan.

CD&V-voorzitter Joachim Coens: “De hervorming van onze pensioenen is nu nodig. Het is een hervorming die pas effect heeft op heel lange termijn, daarom moet ze nu gebeuren. Ze moet gebeuren om het pensioen te garanderen van wie nu werkt, maar ook het pensioen van onze jongeren. Voor onze partij is een goed inkomen voor mensen een speerpunt, daar hoort een zeker en goed pensioen ook bij. Met ons plan geven we een belangrijke aanzet voor een hervorming. Niet één los voorstelletje, maar een hele uitgewerkte visie met concrete maatregelen. We zijn hierbij vertrokken vanuit stellingen die goedgekeurd werden tijdens ons het Power ON!-congres van december.”

Pensioenspecialiste en CD&V-Kamerlid Nahima Lanjri schreef mee aan het plan: “In 2019 bedroegen de pensioenuitgaven in België bijna 45 miljard, 1/5 van alle overheidsuitgaven. Om het systeem rechtvaardig en betaalbaar te houden, is een grondige hervorming nodig. Niet door alle pensioenen te verlagen, wel door meer flexibiliteit in te bouwen, de ambtenarenpensioenen te hervormen en mensen langer aan de slag te krijgen.”

Arbeidseconoom Stijn Baert heeft lof voor het CD&V-pensioenplan in Het Laatste Nieuws:

Het meest enthousiast is Baert over de focus die CD&V legt op het aantal effectief gewerkte dagen, die ze meer willen laten meetellen voor het pensioen. “Werken zou dus echt meer gaan lonen.”

Politicoloog Fouad Gandoul ziet in het pensioenplan van CD&V een goede startpositie voor de hervorming. Zo schrijft hij in De Tijd:

Het 22 pagina’s tellende CD&V-pensioenplan verzekert de partij van een zeer stevige positie in het debat over de pensioenhervorming en een kans om haar stempel te drukken op een thema dat behoort tot de kern van de christendemocratie: de georganiseerde solidariteit. Het is geen links, noch uitgesproken rechts plan, maar houdt de spreekwoordelijke kerk pal in het midden. Het plan focust vooral op het verhogen van de pensioenen voor wie (langer) werkt, het flexibiliseren van de pensioenen om mensen langer te doen werken en garandeert de solidariteit met wie in het verleden zorgtaken op zich heeft genomen.

Flexibel pensioen tussen 62 en 67 jaar en deeltijds pensioen op het einde van de loopbaan

In het plan willen we mensen meer keuze geven over hoe ze hun loopbaan, zeker het einde van hun loopbaan, invullen. Waarom? Omdat we mensen langer aan het werk zullen moeten houden om onze pensioenen te kunnen garanderen. We zijn ervan overtuigd dat we mensen niet moeten dwingen om langer te werken, maar dat we ze beter laten kiezen. Wie vroeger op pensioen wil, moet dat kunnen, maar krijgt dan ook minder pensioen per maand. Wie langer wil doorwerken, zal van een bonus kunnen genieten. Hierdoor loont werken meer zonder dat het de pensioenkost verhoogt.

We begrijpen echter dat het einde van een loopbaan niet steeds vanzelfsprekend is. Daarom stellen we ook het deeltijdse pensioen voor. Een stukje werken en een stukje pensioen opnemen. Met deze flexibiliteit houden we mensen langer aan het werk, op een werkbare manier.

De voorzitter van de Belgische Vereniging van Pensioeninstellingen, Philip Neyt, is ons voorstel duidelijk genegen, zo schrijft hij in De Tijd:

Waarom werken de Zweden 7 tot 8 jaar langer dan de Belgen? En waarom werkt 75 procent van de Zweden tussen 60 en 65 jaar en bij ons nauwelijks 30 procent? Het antwoord ligt in het feit dat de Zweden hun loopbaan helemaal anders beleven. En waarom kan er geen pensioenbonus en -malus zijn voor zij die langer of minder lang werken dan de loopbaanduur voor een volledig pensioen? Zo'n systeem is eenvoudig en helder: wie langer werkt, krijgt een 'pensioenbonus', omdat hij dan ook langer RSZ-bijdragen betaalt en zo het systeem onderstut. Wie onvoldoende loopbaanjaren heeft, krijgt een pensioenmalus.

Pensioensplit

In het CD&V-pensioenplan willen we de invoering van de pensioensplit. Koppels maken tijdens hun huwelijk heel wat gemeenschappelijke keuzes die een impact hebben op de opbouw van pensioenrechten, zoals deeltijds werken, een minder veeleisende en vaak lager betaalde job aannemen of het weigeren van promotie. Om de familiaire solidariteit tussen partners ook te laten gelden bij de pensioenopbouw, stelt CD&V voor om de pensioenen van beide partners, zowel de wettelijke als de aanvullende pensioenen, op te tellen en gelijk te verdelen tussen beide partners. Dit geldt dan ongeacht het feit of het koppel samenblijft of uit elkaar gaat en ongeacht het gekozen huwelijksvermogensstelsel. Gezamenlijke loopbaankeuzes, waarbij de ene partner bijvoorbeeld deeltijds werkt om voor de kinderen te zorgen, leiden zo niet langer tot ongelijke pensioenen. 

Alle coalitiepartijen lijken het eens met dit voorstel, waaronder ook pensioenminister Karine Lalieux (PS), zo schrijft Het Nieuwsblad en was te horen op Radio 1.

Ambtenarenpensioenen hervormen

Een aantal maatregelen om het ambtenarenpensioen dichter bij het werknemerspensioen te brengen, dringen zich op. Zo willen we alle lage pensioenleeftijdsgrenzen voor specifieke categorieën ambtenaren naar een effectieve uittredingsleeftijd van ten minste 62 jaar brengen. Dat wil CD&V bereiken onder meer door de uitdoving van de preferentiële stelsels, waarbij ambtenaren voor hun 60 jaar op pensioen kunnen.  Ook pleiten we voor een afschaffing van de zogenaamde referentiewedde als basis voor de pensioenberekening. Voortaan moeten deze pensioenen berekend worden op basis van het loon van alle gewerkte jaren, zoals dit ook bij werknemers en zelfstandigen het geval is, en niet langer op basis van de referentiewedde (wedde van laatste 10 jaar). Tegelijkertijd moeten statutaire ambtenaren wel de mogelijkheid krijgen om een degelijk aanvullend pensioen op te bouwen om de harmonisatie met de andere statuten te bewerkstelligen. Aan verworven rechten raakt CD&V niet. 

Arbeidseconoom Stijn Baert juicht alvast toe dat CD&V dit wil aanpakken. Hij schrijft het in Het Laatste Nieuws erg scherp:

Heel simpel: durf mijn pensioen te verlagen. Dat wil zeggen: verlaag de hoogste pensioenen binnen de overheidssector om de geplande hogere minimumpensioenen in de privé te kunnen betalen. In 2019 bedroeg het gemiddelde rustpensioen voor zelfstandigen nog geen 1.000 euro, voor een klassieke werknemer amper 1.300 euro, maar voor een ambtenaar 2.800 euro. Echt niet meer te verdedigen. Als je écht de laagste pensioenen wilt verhogen, dan zal het verlagen van de hoogste ambtenarenpensioenen – gezien de budgettaire situatie – noodzakelijk zijn. Vanzelfsprekend moet dit geleidelijk gaan, zodat je niet raakt aan verworven rechten, en zal men dan ook de tweede pensioenpijler in overheidsbedrijven moeten herbekijken.

Meer weten over het pensioenplan? Lees meer of vraag de gratis brochure aan op hetpensioenplan.be