Ook de "allochtoon" moet volwaardig aan het werk, daarom wil CD&V streefcijfers

28-01-2014

28-01-2014

De precaire situatie van allochtonen op onze arbeidsmarkt is bekend. Dat werd de voorbije dagen duidelijk gemaakt door de Vlaamse Lokale Inburgerings- en integratiemonitor. Daarom wil ik streefcijfers voor werknemers van buitenlandse origine. Ik heb een voorstel van resolutie ingediend in de Kamer.

Ook het rapport socio-economische monitoring van de FOD Werk en het Centrum voor Gelijke kansen en Racismebestrijding dat in de Kamer werd voorgesteld, legt de vinger op de wonde. In Vlaanderen zijn personen met Belgische nationaliteit en geboren in België (20-64 jaar) met voorsprong het meest werkzaam (75%). De genaturaliseerde allochtonen volgen op ruime afstand (58,6%), bij de niet-genaturaliseerden werkt minder dan de helft (44,4%). Vlaanderen bengelt hier samen met het Brussels Gewest (40,8%) en Wallonië (32,8%) helemaal achteraan het Europese peloton. Het verschil in werkzaamheid tussen autochtonen en allochtonen (de nationaliteitskloof) is in België ook bij de hoogste van Europa.

Ik ben geen voorstander van kleur om de kleur. Maar in het belang van de allochtoon én in het belang van de samenleving moet ook de 'allochtoon' volwaardig aan het werk. Onze sociale zekerheid is gebaseerd op solidariteit en wordt voor een groot stuk betaald door bijdragen van werkenden. Daarom moeten ook zo veel mogelijk mensen aan de slag. Geen enkel talent mag verloren gaan. Daarom pleit ik fors voor slimme streefcijfers voor allochtonen die specifiek worden aangepast per sector en per regio.”

De Vlaamse overheid past dit al toe, heeft een realistisch streefcijfer vooropgesteld en intussen zijn er 3,8% personeelsleden met een migratieachtergrond. CD&V vraagt nu dat ook de federale overheid een nulmeting uitvoert via de methode van de socio-economische monitoring om tot een realistisch streefcijfer te komen. Daarnaast vraagt CD&V aan de sociale partners om ook voor de privésector de nodige maatregelen te nemen om de invoering van slimme streefcijfers mogelijke te maken.

Structurele verbetering van de arbeidsmarkt, vooral gericht op laaggeschoolden, zullen de tewerkstelling van allochtonen ten goede komen. De regering heeft al heel wat gedaan voor de tewerkstelling van laaggeschoolden: de sociale en fiscale werkbonus, de activamaatregel voor laaggeschoolden, de instapstages, … . Vlaanderen zal binnenkort de kans krijgen om die doelgroepmaatregelen nog sterker toe te spitsen op deze groep, die ook het sterkst is getroffen door de crisis. Maar er moet dus nog meer gebeuren. Ik vraag bijkomende maatregelen om de specifieke problemen waarmee allochtonen in aanraking komen aan te pakken. Vandaar dit voorstel van resolutie.

Ook op vlak van onderwijs en taalkennis is er nog veel werk aan de winkel. Nu verlaten nog te veel jongeren de middelbare school zonder enig diploma. In Antwerpen is dit 28%, in Vlaanderen 11%. Zonder diploma is de kans op tewerkstelling uiteraard veel kleiner.

Hieronder kan u mijn resolutie terugvinden het debat uit "De zevende dag" terug herbekijken.