06-10-2018

Bij Welzijn gaat het over het sociaal beleid in de brede zin van het woord, m.n. aandacht voor elke mens én de diversiteit in onze stad: jong, oud, alleenstaanden, gezinnen, met of zonder beperking, …. Welzijn kan je niet los zien van de drie andere W’s: wonen, werken en weten. Ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, in alle fases van iemands leven. Armoedebestrijding is hier natuurlijk een belangrijk onderdeel van. Meer dan 90.000 Antwerpenaren leeft in armoede. Zo’n 29%  van de Antwerpse baby’s en peuters groeit op in een kansarm gezien. Ik vind dat zorgwekkend en onaanvaardbaar. Als we niet ingrijpen, dreigen nog meer mensen in armoede te moeten leven. We moeten evolueren naar een stad waarin mensen in een noodsituatie direct geholpen worden, een stad waarmee we model staan in Vlaanderen voor het bestrijden van kansarmoede. Ik wil de stijgende armoede NU een halt toeroepen.

Wat heb ik al gedaan?

  • Armoede moeten we structureel aanpakken, over alle beleidsdomeinen en -niveaus heen. In 2015 werd daarvoor mijn resolutie armoedebestrijding nog goedgekeurd. Sindsdien diende ik verschillende wetsvoorstellen in, onder meer om de uitkeringen op te trekken boven de armoedegrens.
  • Welzijn moet er voor iedereen zijn. Aanpak van fraude bij het gebruik van parkeerkaarten voor personen met een beperking: door een QR-code en een doorgedreven controle kunnen vervallen en frauduleuze kaarten sneller opgespoord worden.
  • Voorstellen ingediend om mantelzorg de nodige aandacht te geven: mantelzorgresolutie federaal, maar ook voorstellen voor een mantelzorgpremie in het district Borgerhout.

Mijn prioriteiten op een rij:

  • Armoedebestrijding als topprioriteit in de stad.
    • We gaan elke Antwerpenaar de hulp en financiële steun geven waar hij recht op heeft. Dat klinkt evident, maar dat is het helemaal niet, want veel van die mensen in armoede vinden niet eens de weg naar de dingen waar ze recht op hebben.
    • We blijven inzetten op een goede service van de stad. Inwoners die een vraag persoonlijk willen stellen, moeten ook in de toekomst terechtkunnen aan een loket. Een goede, persoonlijke service blijft belangrijk. Niet enkel digitaal, maar ook persoonlijk.
    • Hulpverleners (van CAW, OCMW, mutualiteiten, enz.) moeten zelf proactief op zoek gaan naar steunmaatregelen voor hun klanten en niet enkel ingaan op een concrete vraag. Ze moeten zelf verder zoeken waar mensen nog recht op hebben. Zo ontlopen mensen in armoede niet de voordelen die bestaan verschillende niveaus.
    • We gaan die mensen in armoede automatisch hun rechten toekennen, zodat ze extra toelagen of kortingen voor bijvoorbeeld energie, wonen en gezondheid maximaal automatisch ontvangen. En dat kunnen we, omdat we heel wat gegevens kennen. Het OCMW kan daarvoor samenwerken met de kruispuntbank sociale zekerheid.
    • We toetsen elke stedelijke maatregel af met een armoedetoets die duidelijk maakt welke gevolgen beslissingen hebben voor mensen in armoede.
    • Wijkteams sporen armoede en eenzaamheid actief op samen met dienstencentra en lokale verenigingen.
    • We moeten aandringen op het optrekken van de uitkeringen tot de armoedegrens. Armoede is veel meer dan enkel een probleem van inkomen, maar zonder een voldoende hoog inkomen, zal je het ook nooit oplossen.
  • Kinderarmoede aanpakken door meer middelen uit te trekken voor goedkopere kinderopvang, huiswerkbegeleiding en jeugdwerking.
  • Verdubbelen van het seniorenbudget voor de districten, zodat ze meer projecten dicht bij de Antwerpenaar kunnen waarmaken. We moeten ouderen niet alleen opvangen met goede zorg, maar ook zorgen dat ze actief blijven deelnemen aan de samenleving via sport, cultuur en engagement voor anderen. We investeren zeker in voldoende ontmoetingsplekken over alle districten voor senioren en seniorenverenigingen.
  • We breiden de mantelzorgpremie uit naar alle districten, waardoor iedereen een mantelzorgpremie krijgt van 175 euro.
  • We zetten in op een verdere uitbreiding van de kinderopvang, ook de occasionele kinderopvang (d.w.z. kinderopvang voor werkzoekenden die moeten gaan solliciteren of een opleiding volgen). Met een opvangplaats voor elke Antwerpse baby en peuter, met een tarief op maat van het inkomen van de ouders.