24-05-2017

1 op 3 eenoudergezinnen in ons land leeft in armoede. Het gaat hier vaak om alleenstaande moeders die in armoede dreigen te verzeilen, als de betaling van het alimentatiegeld uitblijft. Ik heb daarom bij de Minister van Financiën in de commissie aangedrongen, om de toegankelijkheid van de Dienst Alimentatievorderingen (DAVO) te verhogen. Deze dienst heeft als doel om armoede te bestrijden, die voortvloeit uit de niet-betaling van het onderhoudsgeld. 

Om de toegankelijkheid te verhogen, moeten mensen in hun eigen gemeente informatie krijgen over DAVO. Dit kan best bij het OCMW, waar men de aanvraag kan indienen en laten berekenen of men in aanmerking komt voor financiële bijstand van DAVO. Ik pleit daarom voor een samenwerking voor tussen het OCMW en DAVO. Een vrouw die bijvoorbeeld werkt en een klein inkomen heeft, is geen klant van het OCMW en is daar niet gekend. Zij weet misschien zelfs niet dat het OCMW haar kan helpen. De toegang op het lokale niveau moet dus worden verbeterd.

Daarnaast stel ik ook voor om een gradueel plafond in te voeren, zodat DAVO meer mensen kan bereiken. Als men nu minder dan 1 800 euro verdient, kan men een beroep doen op DAVO, als men boven dat bedrag zit krijgt men die tussenkomst niet. Soms krijgen mensen bijvoorbeeld een loonsverhoging van 30 euro waardoor ze plots geen recht meer hebben op tussenkomst van de DAVO. Om dat probleem aan te pakken wil ik een gradueel plafond voorstellen dat meegroeit.

Mensen die de financiële hulp echt nodig hebben moeten ook meer kunnen krijgen. Nu is het echter absurd, als men er net boven zit krijgt men niets of niets meer. Mensen kunnen daardoor terug in armoede verzeild raken. DAVO moet dus sterke financiële middelen krijgen om goed te kunnen werken en zorgen dat de Dienst bekend is bij de bevolking.

Lees hier mijn vraag en het antwoord van de minister. Pg.5-14

Lees hier mijn tussenkomst in de commissie sociale zaken. Pg.11-14